Disznókō – Tokay Aszú 5 Puttonyos

Wijn
Tokay Aszú is dé Hongaarse wijn die tot stand komt door edele rotting. Tijdens de oogst hangt er mist in de wijngaarden, wat een sterke botrytisvorming mogelijk maakte. Dit leidt tot aromatische, frisse zoete druiven.

De aszú-druiven werden met de hand geselecteerd in twee rondes tussen 16 september en 31 oktober. De vinificatie begon eind oktober. Twee derde van de druiven werd licht gekneusd en toegevoegd aan gistende most of wijn, waarna een korte schilweking plaatsvond. De rest van de druiven werd zonder kneuzing toegevoegd aan gistende most voor een langere schilweking van twee dagen. De fermentatie vond hoofdzakelijk plaats in roestvrijstalen tanks, deels in kleine houten vaten.

De wijn bestaat volledig uit Furmint, zowel voor de aszú-druiven als voor de basiswijn. Na de fermentatie volgde een rijping van 18 maanden in 225-liter eikenhouten vaten, waarvan de meeste al eerder gebruikt waren.

De Tokay Aszú van Disznókō toont een licht goudgele kleur. In de geur komen typische botrytiskenmerken naar voren, zoals abrikoos, limoen, citroenschil en honing. De smaak is fris en sappig, met een goede balans tussen zuur en zoet, en een lange afdronk.

Deze wijn kan jong gedronken worden, maar ontwikkelt zich verder bij langdurige flesrijping. Hij wordt het best licht gekoeld geserveerd. Heerlijk te combineren met licht pittige Aziatische gerechten (vega of kip), risotto met paddenstoelen of zachte blauwschimmelkazen.

Wijnhuis
Disznókő is een historisch wijndomein in Tokaj, Hongarije, waarvan de naam voor het eerst werd vastgelegd in 1413. De naam betekent “wildezwijnensteen” en verwijst naar een opvallende vulkanische rots in het hart van de wijngaard, of volgens sommigen naar de vorm van de heuvel waarop de wijngaarden zijn aangeplant.

Vanaf de jaren 90 werd het domein grondig heringericht, met heraanplanting van de wijngaarden en de bouw van een nieuwe wijnkelder naar ontwerp van architect Dezső Ekler. Disznókő speelde een actieve rol in de oprichting van de Tokaj Renaissance, een samenwerkingsverband van vooraanstaande producenten met als doel de kwaliteit en bekendheid van de Tokaj-wijnen te versterken. Met de introductie van de Tokaji Aszú 1993 zette het domein zichzelf op de kaart als voortrekker in de vernieuwing van deze wijnstijl.

Gebied
Tokaj is het bekendste wijngebied van Hongarije. Het is gelegen in het noordoosten van Hongarije nabij de Slowaakse grens en op zo’n tweeënhalf uur rijden van Boedapest. De naam is afkomstig van het gelijknamige stadje aan de zuidrand van het gebied en het gebied zelf omvat zo’n dertig dorpen verspreid over een strook van ongeveer veertig kilometer lang. Tokaj kent een lange wijntraditie en werd in 1737 officieel als wijnregio erkend.

Het landschap wordt gekenmerkt door een afwisseling van heuvels en rivierdalen, beschermd door de omliggende bergen van het Karpatenmassief. Hierdoor ontstaat een relatief warm microklimaat dat in combinatie met ochtendmist en zonrijke dagen gunstig is voor de rijping van druiven én de ontwikkeling van edele rotting. De bodem is gevarieerd, met vulkanisch gesteente en klei op de hellingen, en lichtere afzettingen zoals löss en zand langs de oevers van de rivier de Bodrog.

De belangrijkste druivenrassen van Tokaj zijn Furmint, Hárslevelű en Sárga Muskotály (Muscat Blanc). Furmint, de meest aangeplante variëteit, staat bekend om zijn hoge zuurgraad en het vermogen om zowel zoete als droge wijnen voort te brengen. De druiven zijn bijzonder geschikt voor lange rijping en complexe aromatische ontwikkeling, wat Tokaj een vaste plaats geeft in de internationale wijnwereld.